Wat is speltherapie
Vogels vliegen, vissen zwemmen en kinderen ‘spelen’. Deze uitspraak geeft prachtig weer dat ‘spelen’ de taal van kinderen is. Met behulp van deze taal kan een kind laten zien hoe hij zichzelf ziet, hoe hij anderen ziet en hoe hij de wereld om zich heen ervaart. Hij kan laten zien welke dingen hij moeilijk vindt, welke dingen hem verdrietig, boos, wanhopig en onzeker maken, hij kan zijn verlangens verbeelden. Hij kan als het ware zichzelf uitdrukken in zijn spel.
Omdat het voor een kind moeilijk is om te praten over deze dingen, biedt het ‘alsof-karakter de mogelijkheid tot onbevangen spelgedrag. Het kind kan eerdere (pijnlijke) ervaringen opnieuw vormgeven in zijn spel, deze al spelend verwerken en een plekje geven. Hij kan experimenteren met nieuwe vormen van gedrag zonder dat dit gevolgen heeft voor zijn dagelijks leven. Spelen is immers alleen maar ‘doen-alsof’.
Daarnaast is het heerlijk voor een kind een ruimte te hebben in de spelkamer waarin hij ‘gewoon’ mag spelen, hij hoeft niet te ‘presteren’. Hij hoeft alleen maar te zijn wie hij is, een ‘spelend kind’.
De vertrouwensrelatie tussen kind en therapeut is de basis van client-centered speltherapie. De speltherapeut mag getuige zijn van datgene wat het kind laat zien. Daarom is het van wezenlijk belang dat de therapeut een veilige omgeving weet te scheppen waarin het kind kan spelen en zijn ervaringen durft toe te laten en daarbij durft stil te staan.
De basishouding van de therapeut is er dus een van onvoorwaardelijke acceptatie van het kind. Daardoor kan het kind zichzelf ook beter gaan accepteren. Voor het kind betekent dit dat hij zichzelf kan zijn en dat al zijn gevoelens, gedachten en ervaringen er mogen zijn zoals ze zijn.
In het therapeutische proces kan het kind leren stil te staan bij al zijn gevoelens, zonder dat hij het risico loopt afgewezen te worden. Hij kan gaan ontdekken waar zijn kracht ligt en wat zijn minder sterke kanten zijn. In de spelkamer ervaart hij dat hij weer controle krijgt en deze ervaring kan hem helpen, ook buiten de spelkamer, anders om te gaan met zijn werkelijkheid.
Door het kind te laten spelen, door mee te spelen en te observeren, leert de therapeut de “speeltaal” van het kind te begrijpen.
Gesteund door de therapeut krijgt het kind de gelegenheid om de conflicten waar hij mee worstelt te uiten, nieuwe ervaringen op te doen en zijn eigen mogelijkheden weer te ontdekken en te gebruiken. Zodat het kind zich verder kan ontplooien en ontwikkelen.
Speltherapie is als de fase tussen rups en vlinder. De ‘vloeibare’ fase tussen zich opgesloten voelen en vrijheid ervaren. Door deze fase ‘past het oude jasje niet meer’.
Zoals de rups zich ontpopt tot een vlinder (in het Frans: papillon), zo kan er door speltherapie voor uw kind weer ruimte komen en kan het weer groeien in zijn ontwikkeling! Uw kind kan op een nieuwe manier de wereld gaan verkennen.